Het coronavirus en de vergaande maatregelen die nu worden genomen, hebben een grote impact
op iedereen in Nederland. Dit geldt ook voor onze partners in de bouwsector en voor het
Rijksvastgoedbedrijf. We waarderen de flexibiliteit en inzet die we in de sector zien om te zorgen
dat de werkzaamheden door kunnen gaan. We houden daarmee met elkaar onder deze
omstandigheden de sector zoveel mogelijk draaiende.

Het werk gaat door
Alle werkzaamheden gaan in principe door, mits de gezondheid en veiligheid van alle betrokken
medewerkers, zowel van onze opdrachtnemers als van het Rijksvastgoedbedrijf, en van de
gebruikers van ons vastgoed geborgd kunnen worden. Bij risicovolle locaties, bijvoorbeeld bij
gevangenissen, zijn of worden specifieke afspraken gemaakt voor de uit te voeren
werkzaamheden.

Het Rijksvastgoedbedrijf en de marktpartijen zullen samen de situatie blijven monitoren. Het
Rijksvastgoedbedrijf blijft natuurlijk acteren volgens de actuele richtlijnen en adviezen van het
RIVM (zoals gepubliceerd op Rijksoverheid.nl). Dat verwachten we ook van onze
samenwerkingspartners. Voor ons betekent het dat medewerkers met (milde) gezondheidsklachten
niet op het werk komen, we waar mogelijk thuiswerken, als dat niet kan we de persoonlijke
contacten beperken, onze werktijden spreiden en de hygiënevoorschriften toepassen om
verspreiding van het virus te beperken. Dat betekent dat veel geplande overleggen telefonisch of
op ander wijze digitaal plaatsvinden of zo mogelijk uitgesteld (maar niet afgesteld) worden.

Opdrachtnemers zullen vanuit hun verantwoordelijkheid als werkgever ook maatregelen treffen om
verspreiding van het coronavirus te beperken, bijvoorbeeld door werkwijzen aan te passen op de
bouwplaats, op locatie of op kantoor. Ook opdrachtnemers zijn – net als het Rijksvastgoedbedrijf –
als werkgever verantwoordelijk voor de veiligheid van de eigen medewerkers.

In sommige gevallen voeren onze gebruikers hun eigen toegangsbeleid waardoor het kan gebeuren
dat aan medewerkers van de bedrijven de toegang tot een kazerne of gebouw geweigerd wordt.
Als dat gebeurt, meldt het dan – bij voorkeur schriftelijk (per mail) en zo specifiek mogelijk (gaat
het om een storing, een keuring of bijvoorbeeld preventief onderhoud) bij de u bekende
contactpersoon. Dat helpt ons om zo snel mogelijk met een oplossing te komen hiervoor.

We zullen creatief moeten zijn in onze werkwijze en elkaar moeten helpen bij het ontdekken en
oplossen van knelpunten. Het is daarbij belangrijk dat we transparant blijven opereren in de hele
keten van werkzaamheden. Waar we afwijkende afspraken maken, zullen we deze besluiten goed
vastleggen om zo de gevolgen van deze bijzondere situatie zoveel mogelijk te beperken.

Lopende tenders en dialogen
Daar waar het volgens planning kan, gaan lopende tenders door. Wanneer noodzakelijk worden ze
verschoven en/of wordt tijdelijk een stand-still ingelast. Indien de planning niet haalbaar blijkt,
worden andere alternatieven gezocht, bijvoorbeeld door aanbestedingen door te laten lopen in
vakantieperiodes waarin normaal gesproken weinig tot geen aanbestedingsactiviteiten zijn. In dat
geval vragen we ook flexibiliteit van de markt, omdat het in het beider belang is vertragingen
zoveel mogelijk te voorkomen.

We houden elkaar op de hoogte
Nog meer dan gebruikelijk is het belangrijk dat we nauw met elkaar optrekken in de komende
periode en elkaar snel benaderen als er iets speelt. Om ervoor te zorgen dat er de juiste
prioriteiten worden gesteld bij calamiteiten en dat er uniform wordt gehandeld, vraagt het
Rijksvastgoedbedrijf marktpartijen om bij knelpunten binnen een aanbesteding of bij
werkzaamheden voor het Rijksvastgoedbedrijf zo snel mogelijk contact op te nemen met ons als
opdrachtgever. Dit kan op de gebruikelijke manier. Voor aanbestedingen is dat via het daarvoor
aangewezen berichtenverkeer in het aanbestedingsplatform TenderNed, gericht aan de
contactpersoon die is vermeld. Voor lopende opdrachten is dat via de gebruikelijke contactpersoon
(de contract, project- of objectmanager).

Zo kunnen we er met elkaar voor zorgen dat lopende en toekomstige werkzaamheden op een
goede manier en zoveel mogelijk uitgevoerd kunnen worden.

Bron: het Rijksvastgoedbedrijf