Tweede Kamer stemt in met aangepaste Wet Werk en Zekerheid

De voor u belangrijkste wijzigingen

• De aanpassing van de ketenbepaling is verschoven naar 1 juli 2015. Deze aanpassing houdt in dat werknemers niet na drie jaar, zoals nu, maar al na twee jaar aanspraak kunnen maken op een vast contract. Evaluatie van de nieuwe ketenregeling zal na drie jaar plaatsvinden.
• Alle werknemers krijgen in de WWZ na een arbeidsovereenkomst van ten minste twee jaar recht op deze vergoeding die gebruikt kan worden voor scholing en om over te stappen naar een andere baan of een ander beroep. Voor werkgevers met minder dan 25 werknemers komt er echter een tijdelijke overbruggingsregeling. Tot 1 januari 2020 mogen deze werkgevers ingeval van ontslag wegens bedrijfseconomische redenen bij de berekening van de hoogte van de verschuldigde transitievergoeding, onder door de minister te bepalen voorwaarden, het dienstverband van de werknemer vóór 1 mei 2013 buiten beschouwing laten.
• In de wet wordt in een nieuw artikel (7:611a BW) een verplichting voor de werkgever opgenomen om de werknemer te scholen.
• Met betrekking tot de herplaatsingsverplichting bij ontslag is toegevoegd dat deze verplichting in ieder geval niet in de rede ligt indien sprake is van verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer.
• Indien de werkgever bij een beëindigingsovereenkomst na laat om de werknemer tijdig te wijzen op de bedenktijd van twee weken om de overeenkomst te herroepen, dan wordt de termijn van de verlengde bedenktijd uit het oorspronkelijke wetsvoorstel teruggebracht van één maand naar drie weken.

De behandeling van het wetsvoorstel wordt begin maart vervolgd in de Eerste Kamer. FME zal in mei, als het wetgevingsproces is afgerond, vier landelijke voorlichtingsbijeenkomsten houden over de WWZ. Binnenkort zult u hierover nadere informatie aantreffen in onze publicaties.